Eenzame Uitvaart van dhr. P. Bolwijn, 1952 – 2024
26 februari 2024, St. Barbara, Utrecht
Dichter van dienst: Jan van der Haar
Verslag: Fred Penninga
Peter Bolwijn (1952 – 2024)
Hij trok zich terug en het applaus ontbrak.
Met de buren was het dag en daar bleef
het bij. Meer contact was er met de wekker.
Die kon hij ten minste naar zijn hand zetten.
Zijn koopflat heette bastion, zijn binnen.
Hij vette binnen als een heremiet.
Maar ook buiten mocht er zijn, op de fiets,
gezel met longen vol van verse lucht.
Hij hield van buitenlucht, die was beheersbaar.
Hij kende Houten, Maarssen, Groenekan.
Mensen niet maar oorden wist hij te plaatsen.
Zijn zelfkennis zullen we nooit meekrijgen.
VERSLAG
Het weer is typisch uitvaartweer. Diepgrijze lucht, wat spetjes regen, een straf briesje en daardoor een lage gevoelstemperatuur. Klokslag 9.30 uur rijdt de zilveren Mercedes door de poort van Begraafplaats St. Barbara. In de auto bevindt zich de blankhouten kist met de overledene, dhr. Peter Bolwijn.
Er is niemand gevonden die de uitvaart van de heer Bolwijn had kunnen organiseren. Dan nemen de Gemeente Utrecht en St. Barbara Uitvaartzorg die taak op zich. Dat gebeurt onder de naam Eenzame Uitvaart en in dit geval is het dat ook: een eenzame uitvaart. Uiteindelijk staat aan het vers gegraven graf slechts ‘n handvol aanwezigen. Twee mensen vanuit St. Barbara Uitvaartzorg; de chauffeur van de Mercedes en namens het Utrechts Stadsdichtersgilde de dichter-van-dienst Jan van der Haar en diens secondant/schrijver-van-dit-verslag Fred Penninga. Op de kist ligt een bloemstuk van de Vereniging Van Eigenaren, De Sprong, daar was dhr. Bolwijn – als eigenaar van zijn appartement – verplicht lid van. De tekst op het witte lint luidt Met oprechte deelneming.
Wie was Peter Bolwijn?
Daar is niet veel over bekend. Als er geen informanten of nabestaanden zijn en het overlijden valt vlak voor het weekend dan ontbreken mogelijkheden én tijd om wat uitgebreider op zoek te gaan naar bruikbare informatie. Daar weet Anne Broeksma wel raad op. Samen met Alexis de Roode regelt zij binnen het stadsdichtersgilde de coördinatie van de Eenzame Uitvaart.
Ze springt op de fiets, rijdt naar het appartementencomplex in Hoograven en krijgt uiteindelijk met drie buurmannen vluchtig contact. Alle drie (voormalig) bestuursleden van VVE De Sprong. Samen schetsen zij een voorzichtig beeld van dhr. Bolwijn. Hij woonde – zo lijkt het – als een typische kluizenaar, sinds november 1995, een teruggetrokken bestaan in zijn appartement. Zei ‘goedemorgen’ en ‘dag’. Dat was het. Hij kreeg ook nooit bezoek en tussen de VVE en dhr. Bolwijn was er geen correspondentie, zelfs niet via de mail. Wel was nog bekend dat dhr. Bolwijn regelmatig fietstochten maakte in wijde bogen rond Utrecht. In zijn eentje, waarschijnlijk.
Het gedicht
Het vraagt heel wat creativiteit om op basis van zo weinig informatie een passend gedicht te componeren. En dan was er nog de tijdsdruk. Maandagmorgen, 26 februari, 9.45 uur, heeft de dichter-van-dienst, Jan van der Haar, zijn gedicht bij het nog open graf van Peter Bolwijn voorgelezen. Mooi beeld, kort van stof en zo dicht mogelijk bij de overledene neergezet. Dat hij ruste in vrede.
Bij het napraten sprongen twee denklijnen in het oog. Verwondering over het feit dat iemand zo afgezonderd van alles en iedereen kan leven, althans daar leek het op. En uiteindelijk ook sterven. Tegenover de gedachte dat iemand daar heel overtuigd en vasthoudend voor kan kiezen, met een eenzame uitvaart tot gevolg. Bij het verlaten van de begraafplaats was er nog geen kiertje waar wat licht doorheen scheen.